Bloedglucose meten bij diabetes

Personen met diabetes type 2 meten hun glucose vooral met een bloedglucosemeter. Een sensor wordt vooral gebruikt door personen met diabetes type 1 en sommige personen met diabetes type 2 op een intensief insulineschema. Zelf de glucosewaarde meten is niet voor iedere persoon met diabetes type 2 een must. Je behandelend arts kan hierover persoonlijk advies geven.

Hoe werkt een glucosemeter?

De glucosemeter is een ‘minicomputer’ die de glucosewaarde van de bloeddruppel weergeeft op het scherm. Naast een glucosemeter heb je ook strips, lancetten en een prikpen nodig om een glucosemeting uit te voeren. De strips zijn specifiek per glucosemeter. De glucosewaarde verschijnt op het scherm van de meter, enkele seconden na het aanbrengen van de bloeddruppel uit de vinger op de strip.  

*Let op: Niet elke glucosemeter werkt met kleuren die aangeven of je bloedglucose binnen of buiten het streefbereik valt. Bovendien kunnen bij jouw glucosemeter (andere firma/fabrikant) de kleurcodes anders zijn.  

bloedglucosemeter

Voor wie is meten zinvol? 

Wie insuline spuit, heeft het meeste baat bij het meten van de glucosewaarden. Voor personen die suikerverlagende tabletten gebruiken is frequent meten minder belangrijk. Het kan je wel meer inzicht geven in je diabetes en zelfs motiverend werken. Overleg met je behandelend arts of zelf je glucose meten zinvol is en wanneer je best meet. Iedere persoon die wordt behandeld met insuline of GLP-1-analogen (incretinemimetica) heeft recht op gratis controlemateriaal (via het zorgtraject of de conventie, zie verder).

Wanneer moet je meten?

De frequentie van het meten is afhankelijk van de intensiteit van je behandeling en activiteiten en te bespreken met je arts of diabeteseducator. Om meer inzicht te krijgen in je glucosewaarden kan je (af en toe) een dagcurve meten, bv. een 4-punts dagcurve, waarbij gemeten wordt:  

  • Vóór het ontbijt;  
  • vóór het middagmaal;  
  • vóór het avondmaal;  
  • vóór het slapengaan.  

Eventueel kan je ook nog eens meten de volgende ochtend vóór het ontbijt.  

Bij een 7-punts curve wordt er ook gemeten op een vast tijdstip ná de hoofdmaaltijden (bv. 2 uur na de maaltijd).  

In volgende situaties is het aangewezen om meer te meten: 

  • Bij ziekte; 
  • vóór, tijdens en na een fysieke inspanning; 
  • bij wijzigingen in de behandeling; 
  • op vakantie of bij speciale gelegenheden; 
  • als je zwanger wil worden. 

Wat zijn de richtwaarden?

  • Voor de maaltijd: 70-110 mg/dl 
  • 2 uur na de maaltijd: minder dan 180 mg/dl 
  • Hypoglycemie (te lage waarde): minder dan 60-70 mg/dl 

 

Bovenstaande waarden zijn algemene richtwaarden. Iedere persoon heeft persoonlijke streefwaarden. Bespreek je persoonlijk streefbereik met je arts.  

Tip! 

Noteer je glucosewaarden in een 'dagboekje' of gebruik een app, waarbij je ook de omstandigheden rond de meting noteert (bv. beweging, maaltijd, ziekte). Op deze manier kan je je kennis vergroten over je diabetesregeling. Neem deze informatie ook steeds mee naar je behandelende arts.

plantjes smartphone notitieboek

Welke glucosemeter kiezen? 

De glucosemeters beschikbaar op de Belgische markt zijn van uitstekende kwaliteit. Ze moeten allemaal aan strenge normen voldoen.  

De meeste glucosemeters werken met individuele strips, een uitzondering hierop is een glucosemeter die beschikt over een cassette met 50 testvelden. Bij elke glucosemeter wordt een specifieke prikpen geleverd, maar er is geen enkel bezwaar om de prikpen van een ander merk te gebruiken. Bepaalde glucosemeters kunnen naast de glucosespiegel ook ketonen meten, met specifieke ketonenstrips. Dit is vooral belangrijk voor personen met diabetes type 1.  

Met bijna alle meters heb je de mogelijkheid om via bluetooth of NFC verbinding te maken met een app. Dat maakt het eenvoudig om je resultaten digitaal te bekijken of te delen met een zorgverlener. Sommige glucosemeters proberen via kleurencodes en/of boodschappen je meer inzicht te geven in je glucosewaarden. Bij de keuze van een glucosemeter kan je ook rekening houden met de eenvoud van bediening, de grootte en leesbaarheid van het scherm, hoe makkelijk bloed op de strip aan te brengen is, en welke extra functies de meter heeft.  

Glucosemeter defect of verouderd 

Is je meter defect of verouderd? Neem dan contact op met de firma. Zij kunnen je eventueel een nieuwe meter opsturen. Heb je de meter verkregen via het zorgtraject of de conventie? Dan neem je best contact op met je behandelend team. 

sensor

Wat met de sensor?

Het meten van de glucosewaarden kan ook met een sensor. 

Personen met diabetes type 1 maken meestal gebruik van een sensor voor het meten van de suikerwaarde. 

Personen met diabetes type 2 op intensieve insulinetherapie (opgenomen in de conventie groep B, 3 tot 4x insuline/dag) kunnen ook gebruik maken van een sensor. Aangezien het budget beperkt is, zullen diabetesconventies gefundeerde beslissingen nemen over welke personen het meest baat hebben bij een glucosesensor. Spreek erover met je arts. 

MEER INFO OVER DE SENSOR

Gratis zelfcontrolemateriaal 

De prijzen van de bloedglucosemeters variëren, maar liggen meestal rond de +/- 30 euro. Indien je in het zorgtraject bent opgenomen en je behandeld wordt met inspuitingen (incretinemimeticum of insuline-injecties) heb je recht op één bloedglucosemeter per 3 jaar, te verkrijgen via de apotheek of thuiszorgwinkel. Binnen de conventie heb je recht op gratis zelfcontrolemateriaal, te verkrijgen via het ziekenhuis.  

Meer informatie over de zorgsystemen: https://www.diabetes.be/nl/leven-met-diabetes/behandeling-van-diabetes/zorgsystemen-en-voorzieningen.  

Wil je materiaal aankopen zoals een glucosemeter, pennaalden, lancetten ... Neem dan een kijkje op onze webshop. Naast zelfcontrolemateriaal zijn er ook tal van andere (leuke) diabetesmaterialen en accessoires te verkrijgen. Leden krijgen bovendien tot 25% korting! 

Webshop

Brochure zorgsystemen en voorzieningen