Problemen voorkomen bij diabetes type 2
Welke problemen kunnen zich voordoen op lange termijn?
Diabetes kan op lange termijn zowel de grote als kleine bloedvaten en zenuwen aantasten. Dit veroorzaakt hart- en vaatziekten, nier-, oog- en voetproblemen. Een goede bloedsuikerregeling beperkt sterk de risico’s, al is een goede bloedsuikerspiegel niet het enige aandachtspunt.
Welke problemen kunnen op korte termijn optreden?
Diabetes kan zowel op korte als op lange termijn tot een aantal gezondheidsproblemen leiden. Op korte termijn kunnen ontregelde bloedsuikerwaarden o.a. leiden tot uitdroging en bewustzijnsverlies.
Een onderscheid wordt gemaakt tussen een te lage bloedsuikerspiegel (= hypoglycemie) en een te hoge bloedsuikerspiegel (= hyperglycemie).
Hoe herken je de symptomen? Ontdek hier het steekkaartje HYPO/HYPER.
Te lage bloedsuikerspiegel - Hypoglycemie
Er is sprake van een te lage bloedsuiker of hypoglycemie (hypo) bij een bloedsuikerwaarde onder de 60-70 mg/dl. Dit komt doordat er te veel insuline in het bloed is ten opzichte van de hoeveelheid suiker. Bij een sensor hou je niet alleen rekening met je suikerwaarde, maar ook met de trendpijl.
Symptomen? Hongergevoel, zweten, beven, hartkloppingen, duizeligheid, onscherp zien …
Hoe reageren? Neem 5-6 druivensuikers of 150 ml (3/4 glas) gesuikerde frisdrank.
Als de symptomen na 10 minuten nog niet verdwenen zijn, controleer dan opnieuw de bloedsuikerspiegel. Sta je nog steeds te laag, herhaal dan bovenstaande stap. Voel je je na 15 minuten beter, maar volgt er niet onmiddellijk een maaltijd, eet dan een koolhydraathoudende snack (bv. fruit/boterham/vezelrijke koek).
Niet alle suikerverlagende tabletten geven risico op een hypo. Dit komt voor bij het gebruik van sulfonylurea en gliniden. Bij personen met diabetes type 2 die insuline inspuiten, bestaat er een groter risico op een hypo.
Te hoge bloedsuikerspiegel - Hyperglycemie
Er is sprake van een hoge bloedsuiker of hyperglycemie (hyper) als de bloedsuikerwaarde sterk oploopt en boven de 250 mg/dl blijft.
Dit ontstaat meestal geleidelijk (over enkele uren tot dagen). Bij hoge bloedsuikerwaarden op lange termijn bestaat het risico op beschadiging van hart en bloedvaten, nieren en ogen.
Symptomen? Veel plassen, veel dorst, onverklaarbare vermoeidheid, vermageren …
Hoe reageren?
- Controleer elk uur de bloedsuikerwaarde. Staat deze na 3-4 uur nog steeds te hoog, meet dan ook de ketonen;
- drink voldoende water om uitdroging te vermijden (en ketoacidose te vermijden);
- blijven de hoge waarden aanhouden, contacteer dan je behandelend arts of het diabetesteam.
Blijven de hoge waarden aanhouden, spuit dan extra (ultra)snelwerkende insuline in. Kan je geen insuline bijspuiten, contacteer dan bij aanhoudend hoge bloedsuikerwaarden zeker tijdig je behandelend arts.
Ketoacidose
Ontstaat doordat het lichaam glucose (suiker) niet kan gebruiken als energiebron (door onvoldoende aanwezigheid van insuline). Het lichaam spreekt vervolgens de vetreserves aan. Bij dit proces komen afbraakstoffen vrij, namelijk ketonen, die het bloed verzuren. Uitdroging zal dit proces nog versnellen. Onbehandeld kan dit leiden tot braken, zich slecht voelen en zelfs tot hyperglycemisch coma. Als je meer kans hebt om snel ketonen aan te maken of tot een risicogroep behoort, is het aangewezen de aanwezigheid van ketonen op te sporen in het bloed (zie tabel hieronder). Risicogroepen zijn bv. kleine kinderen, personen met een insulinepomp, zwangere vrouwen en mensen die al vaak ketonen hebben aangemaakt.
Capillaire ketonemie (mmol/l)
< 0.6: Geen ontregeling van je diabetes
Tussen 0.6 en 3: Ontregelde diabetes, risico op ketoacidose
> 3: Ketoacidose in ontwikkeling