Insulinepompen voor diabetes anno 2018
Wat is er beschikbaar op de Belgische markt?
De insulinepomp biedt een alternatief voor insuline-injecties bij de behandeling van diabetes type 1. De pomp is een klein apparaatje dat, aan de buik verbonden met een infuusslang, de hele dag onderhuids insuline afgeeft. Hierbij wordt een overzicht gegeven van de verschillende insulinepompen, inclusief hun belangrijkste eigenschappen.
Algemene informatie
- Je kunt overschakelen naar een insuline - pomp omdat je een betere glycemieregeling wenst, omdat je te veel hypo’s hebt (zeker als je ze onvoldoende aanvoelt), omdat je zwanger wilt worden, of omdat je een erg onregelmatig levensritme hebt en een behandeling wenst die meer flexibiliteit biedt.
- Het grote voordeel van de insulinepomp is dat de toediening van insuline veel preciezer verloopt dan via insulineinjecties, met minder glycemieschommelingen als gevolg. Ook kun je met de pomp zeer kleine insulinedosissen geven en de hoeveelheid insuline nauwkeurig afstellen in diverse fasen van dag en nacht, week en weekend, actieve en rustige dagen … Hierdoor kun je eens uitslapen en heb je een vrijere keuze in het tijdstip van je maaltijden.
- Een insulinepomp geeft constant een kleine hoeveelheid ultrasnelwerkende insuline (meestal Novorapid®, Humalog® of Apidra®) af, en voorziet zo in de basale insuline. De pomp vervangt hiermee de injectie met traagwerkende insuline.
- Bij de maaltijden geef je de pomp de instructie om een piek van ultrasnelwerkende insuline af te geven, de bolus- of maaltijdinsuline. Deze vervangt de injecties met snelwerkende insuline. Sommige pompen hebben een hulpprogramma dat je helpt om de juiste hoeveelheid insuline voor een maaltijd te berekenen. De bolus kan in één keer, langzaam of in combinatie worden gegeven.
- In de pomp zit een reservoir dat 160 tot 315 eenheden insuline kan bevatten. Het reservoir wordt elke week vervangen, ook als het nog niet leeg is. De werking van insuline kan na die tijd namelijk verminderen. De infuusslang (of katheter) en de canule worden om de 2 tot maximum 3 dagen vervangen om irritatie en infectie te vermijden. Dit verschilt van persoon tot persoon en wordt individueel bekeken.
- Mensen met een pomp hoeven meestal geen insuline-injecties meer toe te dienen (uitzonderlijk bij bloedsuikerwaarden die langdurig verhoogd zijn), maar dit maakt van de pomp nog geen volautomatisch systeem. Het apparaat is meestal niet gekoppeld aan een meettoestel en kan dus niet uit zichzelf afwijkende bloedsuikerwaarden corrigeren. Je moet nog steeds dagelijks meerdere malen de bloedsuikerwaarden meten en de pomp instructies geven.
- Je moet de insulinepomp dag en nacht dragen. De pomp wordt meestal in een zak van de kleding, aan een broeksriem of beha bevestigd, of met een bandje op de huid gedragen. De pomp kan kort (maximaal 1 uur) worden losgekoppeld om te douchen of te vrijen (katheter blijft wel ter plaatse).
Waar kan je een insulinepomp verkrijgen?
Er zijn drie grote firma’s op de Belgische markt die insulinepompen verdelen: Medtronic, Roche Diabetes Care en Ypsomed. In totaal zijn er 6 insulinepompen die door een pompconventie kunnen worden aangeboden. Het aanbod van insulinepompen verschilt per conventie.